Blijvend Veilig biedt integrale hulp aan mensen van 0 tot 100 jaar die te maken hebben met huiselijk geweld en/of kindermishandeling. Op 1 januari 2022 werd de pilot een ‘landelijke proeftuin’. Welke kansen biedt dat? We vroegen het aan Janneke van Eijk, die sinds de start in 2019 ‘projectleider externe relaties’ is. Ze noemt zichzelf de bordercollie van Blijvend Veilig, die helpt beweging te veroorzaken terwijl de boel bij elkaar blijft.

Lokaal en regionaal
Structurele problemen vragen om een radicaal andere aanpak. Daarom hebben de ministeries van Justitie en Veiligheid en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de betrokken organisaties een Toekomstscenario ontwikkeld. Dit Toekomstscenario, dat in de Tweede Kamer besproken wordt, beschrijft een aanpak met in de wijken lokale teams en daarnaast veiligheidsteams die regionaal georganiseerd zijn. Bij de lokale teams kunnen mensen laagdrempelig terecht met problemen en vragen.

‘De teams van Blijvend Veilig zijn samengesteld zoals de regionale teams uit het Toekomstscenario: met mensen uit verschillende organisaties die gezamenlijk de werkzaamheden van de afzonderlijke organisaties uitvoeren. Deze integrale samenwerking geeft zicht op blijvende veiligheid voor de gezinnen en biedt een antwoord op het dubbele werk, de lange wachttijden en de grote onrust in de huidige keten.’ – Janneke van Eijk, projectleider Blijvend Veilig

Toetsen aan de praktijk
Alle zes pilots die in 2019 startten in het kader van het actieprogramma ‘Zorg voor de Jeugd’ worden nu landelijk ‘beproefd’ in de proeftuinen. Wat in het Toekomstscenario beschreven staat, wordt praktisch getoetst. Wat werkt er, wat niet? Wat betekent de nieuwe aanpak voor de mensen die meedoen? En voor de wetgeving? Hoe regelen we de bekostiging en welke vragen moeten we stellen voor een slimme monitoring?

Afstappen van maakbaarheidsgedachte
De proeftuinfase duurt nu een jaar, tot eind 2022. Maar met gezinnen werken waar ernstige onveiligheid speelt, is erg complex en uitdagend. Deze gezinnen hebben vaak een geschiedenis van tien of vijftien jaar in de zorgverlening en veiligheidsketen, met veel verschillende hulpverleners. Janneke wil afstappen van de maakbaarheidsgedachte.

‘Het zou naïef zijn om te denken dat we dit met een pilot kunnen oplossen. Als het zo snel recht te zetten zou zijn, dan hadden we het ook eerder kunnen regelen. De staatssecretaris kan niet beloven wanneer alles is opgelost. Jeugdbescherming kan het niet alleen oplossen. We moeten uitvinden hoe we dit samen gaan doen. Daarom zijn we Blijvend Veilig gestart, in de praktijk ontwikkelen we een aanpak die werkt voor de gezinnen en huishoudens waar het om gaat’. – Janneke van Eijk

Urgente problemen met structurele oorzaken
Kindermishandeling en huiselijk geweld kennen structurele oorzaken in de gezinnen. In veel gezinnen zijn de problemen terug te voeren tot de eigen jeugd en trauma’s uit het verleden. De problemen worden vaak al generaties lang in stand gehouden en zijn nauw verweven met bestaanszekerheid: werkloosheid, een dreigende uithuiszetting, diepe schulden en een beperkt netwerk om de gezinnen heen. Dit maakt problemen hardnekkig, met wat opvoedtips lukt het niet. Naast hardnekkig zijn de problemen ook urgent.

‘Huiselijk geweld en kindermishandeling vormen het grootste probleem met geweld en veiligheid in
Nederland. Dat zien we in de cijfers en in de hoge correlatie met andere problemen. Jaarlijks worden zo’n 40 vrouwen vermoord, in 80 procent van de gevallen is de dader hun partner, ex of een ander familielid. Voor een groep mensen is het eigen huis een levensgevaarlijke plek. Meer dan een miljoen mensen in Nederland hebben te maken met huiselijk geweld of kindermishandeling. En het gebeurt dichtbij, ook bij mensen in jouw straat.’ – Janneke van Eijk

Maatschappelijke vraagstukken
Deze problemen zijn niet enkel intergenerationeel en diepgeworteld. Het zijn ook maatschappelijke vraagstukken, nauw verweven met andere uitdagingen rond het woonbeleid, wachtlijsten in de zorg, het onderwijs- en belastingsysteem. Onveiligheid in de thuissituatie leidt ook vaak tot buurtoverlast en criminele praktijken.

‘Nu pompen we gezinnen én geld rond in een complex systeem van organisaties die rond zorg en veiligheid werken. Als je naar de geschiedenis van de gezinnen kijkt, dan zie je duidelijk dat de oorzaken van onveiligheid en geweld niet worden aangepakt. Dat maakt structurele verandering onmogelijk. Als we het met z’n allen beter gaan doen, kan dit op veel plekken voor maatschappelijke opbrengsten zorgen. Dit vergt tijd.’ – Janneke van Eijk

Groot kijken en klein doen
Blijvend Veilig heeft een dubbele rol. Het is een netwerkorganisatie met een heel concrete en complexe uitdaging. Twee teams ontwikkelen met een groot aantal andere organisaties een nieuwe werkwijze voor hulp aan gezinnen en huishoudens waar sprake is van geweld en onveiligheid. De gezinsmaatschappelijk werkers focussen op alle gezinsleden van 0-100 en gaan een langdurige verbinding met hen aan, om bij de onderliggende patronen en oorzaken van het geweld te komen. In de aanpak worden onderzoek, analyse en hulpverlening geïntegreerd. Tegelijkertijd maakt Blijvend Veilig deel uit van een landelijke beweging die een maatschappelijk debat wil voeren en daaraan wil bijdragen. Want hulp bieden bij huiselijk geweld en kindermishandeling zou een topprioriteit van de samenleving moeten zijn.

‘Als we van 2022 een succes willen maken, dan moeten we ervaringen beschrijven en erop reflecteren. We moeten ook beseffen dat we binnen organisaties niet op opgeknipte opdrachten moeten focussen, maar samen bijdragen aan maatschappelijke vraagstukken. Het besef dat iedereen in het sociale weefsel een rol en verantwoordelijkheid heeft, moet indalen.’ – Janneke van Eijk