Blijvend Veilig groeit van een ‘Zorg voor de Jeugd’-pilot uit tot een proeftuin binnen het landelijke Toekomstscenario kind- en gezinsbescherming. Met een baanbrekende aanpak: de zorgketen wordt doorbroken, professionals uit verschillende organisaties werken samen en blijven naast de gezinnen staan. Welke groeipijnen zien Hanneke Bakker en Sigrid van de Poel, twee bestuurders die samen in de stuurgroep zitten en aan de wieg stonden van Blijvend Veilig?

Van frustratie naar samenwerking
De behoeftes waar Blijvend Veilig op inspeelt, zijn voelbaar in het hele sociale domein. Het zaadje werd geplant toen Sigrid van de Poel aan Hanneke Bakker en Benne Holwerda (red: toen bestuurder bij Veilig Thuis Amsterdam) vroeg om samen om tafel te zitten. Ze deelden dezelfde frustraties en beseften dat ze allen op zoek waren naar een fundamenteel andere aanpak.

‘In je eentje kan je innoveren tot je een ons weegt: dat werkt niet. Innoveren is samenwerken.’ – Sigrid van de Poel, bestuurder bij Jeugdbescherming Amsterdam

Dat bij Blijvend Veilig het onderscheid tussen jeugd- en volwassenenzorg verdwijnt, voelt heel natuurlijk. ‘De veiligheid van kinderen is onlosmakelijk verbonden met de veiligheid van de ouders en opvoeders’, vertelt Hanneke. Sigrid ziet de doelstelling van Blijvend Veilig als een verbreding van wat Jeugdbescherming doet: ‘Het streven is niet langer enkel de veiligheid van het kind, maar de veiligheid van iedere burger.’

Vanuit verbinding en het netwerk verder
Verbinding is een sleutelwoord. In de oude ketenaanpak ligt de focus nog te veel op het individu. Wie wil werken aan blijvende veiligheid, kijkt naar elk gezinslid en naar onderlinge dynamieken. Dat vereist ook een dynamische samenwerking tussen zorgprofessionals.

‘Wie beschadigd raakt of niet in het systeem kan meedraaien, stoppen we het liefst weg, isoleren we. Maar isolatie versterkt onveiligheid. Ook bij de opvang van vluchtelingen zie je de narigheid op voorhand ontstaan. We moeten accepteren dat we veel dingen samen moeten oplossen.’ – Hanneke Bakker, bestuurder bij Blijf Groep en Veilig Thuis Flevoland.

Volgens Sigrid worstelen we met een taboe op kwetsbaarheid. Ze droomt van een samenleving waarin mensen bereid zijn hun problemen te bespreken en te delen met hun omgeving: ‘Betrokken buren die weten wat er speelt, zijn goud waard.’ Stevigere netwerken zijn de manier om de nood aan intensieve zorg te laten dalen.

Bij Blijvend Veilig worden oplossingen niet langer ‘de keten ingevlogen’. ‘Professionals uit verschillende organisaties weten samen genoeg om gezinnen eerder de gepaste hulp te bieden.’ gelooft Hanneke. Ze droomt verder: ‘Als we die gezamenlijke kennis en ervaring gelijk kunnen inzetten, hoeven we uiteindelijk als keten niet meer te bestaan.’

‘Preventie is een aantrekkelijke term, maar wat is het? Vaak wordt daarmee bedoeld wat veel eerder opgepakt had kunnen worden. Je ziet bij de Jeugdbescherming precies wat lokaal niet is opgepakt.’ – Sigrid van de Poel


Geleende macht versus investeren in de relatie
De keten werkt met ‘geleende macht’: zorgverleners dreigen een melding te maken bij de politie of de Raad voor de Kinderbescherming als ze zich machteloos voelen. Daarnaast loopt het in de keten spaak, merkt Sigrid op: ‘Lokale teams krijgen nu te vaak gezinnen op hun bordje waar een zware problematiek speelt.’
Ook de governance in het huidige systeem gaat mis, omdat verantwoordelijkheden en bevoegdheden niet parallel lopen. Jeugdbescherming heeft de verantwoordelijkheid om kinderen veilig te stellen, maar mist de bevoegdheid om dit te doen, want is afhankelijk van de keuzes die de gemeente maakt bij het inkopen van zorg.

‘Voor de hulpverlener kan de ketenaanpak juist prettig werken: wat te zwaar en complex wordt, vraagt om overdracht naar een andere partij. Zo is dat nu in de keten georganiseerd, het ligt voor de hand dat binnen deze context gewerkt wordt. Maar deze aanpak komt de gezinnen waar complexe problemen spelen niet ten goede. De gezinsmaatschappelijke werkers van Blijvend Veilig blijven naast de gezinnen staan: het is belangrijk dat zij goed ondersteund worden.’ – Hanneke Bakker

Als de relatie leidend is, komt je werk heel dichtbij. Dat voelt kwetsbaar. Maar op deze manier kun je echt het verschil maken: je investeert in de relatie, wint vertrouwen en kan zo onderliggende patronen en dynamieken achterhalen. Vervolgens kijk je samen hoe er direct en op de lange termijn aan veiligheid gewerkt kan worden.

Pioniers en dansers gezocht
Wat betekent het als je daadwerkelijk naast gezinnen gaat staan? Dat is een complexe vraag die veel van de hulpverlener vraagt en die gaat over nieuwe manieren van samenwerken. Binnen het team is hier veel aandacht en ruimte voor. Ook voert Blijvend Veilig gesprekken met verschillende opleidingen; hardnekkige patronen doorbreek je niet in je eentje. De beweging waar Blijvend Veilig deel van uitmaakt is groot.
Gezinsmaatschappelijke werkers krijgen een pioniersrol: ze proberen nieuwe methodieken uit, moeten fouten durven maken, steeds weer reflecteren. Daarvoor is er naast een lange adem ook een lerende houding nodig. ‘Het is best ingewikkeld om los te laten wat je in je moederorganisatie en zelfs opleiding geleerd hebben’, observeert Hanneke.

‘Het is vooral een prachtige uitdaging, die in de kern gaat over wat je wil voor het gezin, voor en met deze mensen echte resultaten boeken, over betekenisgeving. Als je werkt bij Blijvend Veilig, draag je bij aan een urgente en waardevolle transformatie die een antwoord biedt op een complexe realiteit.’ – Hanneke Bakker

Sigrid ziet een parallel met de verschuiving van ‘diversiteit’ naar ‘inclusie’ in het maatschappelijk debat: ‘Niet de ander uitnodigen voor je feestje – dat is diversiteit. Inclusie gaat over samen dansen, echt met elkaar.’ Er zijn meer dansers nodig: daar zijn beide bestuurders het over eens.